Audi TT-RS

Een strakke westenwind, een pikdonkere straat en een miezerig regenweertje begroeten mij als ik ’s morgens de deur uitstap. Terwijl de meeste mensen hun goed humeur meteen zouden verliezen bij het aanschouwen van een dergelijk tafereel, kan mijn dag echter meer stuk. Vandaag keer ik namelijk met een Audi TT-RS huiswaarts, de meest krachtige variant van de TT die het merk met de vier ringen ooit in productie liet gaan.

Een uurtje later valt mij bij het overhandigen van de sleutels meteen een toeval op: de nummerplaat van de wagen is AUD-125. De AUDI is uiteraard geen toeval, de 25 wel. Toch past de 25 wonderwel in het concept van de TT-RS. De wagen is immers een knipoog naar de Audi S1, het ultieme rallymonster met het fenomenale geluid dat 25 jaar geleden furore maakte in het WK rally. Of zou die 25 voor de motorinhoud staan? De 2.5 TFSI is immers een spiksplinternieuw ontwikkeld motorblok dat voor het eerst in de TT RS mag plaatsnemen, gebaseerd op de niet-geblazen 2.5 FSI die als motorvariant op de Amerikaanse VW Jetta beschikbaar is. Dankzij het toevoegen van een directe injectie en een dikke turbo, levert dit blok maar liefst 340 pk. In combinatie met de bekende Quattro vierwielaandrijving van Audi, en een koppel van 450 Nm dat vanaf 1.600 tot 5.300 omwentelingen beschikbaar is, levert dit fenomenale prestaties. Op een droge ondergrond zit je vanaf 4,6 seconden aan 100 km/u en de wijzer blijft aan een verbazingwekkend tempo doorlopen tot de begrensde 250 km/u bereikt is. Wie wat extra eurootjes op tafel legt, kan de begrenzer laten weghalen en dan zou deze TT volgens de fabrikant net geen 290 km/u op de tabellen zetten. Indrukwekkend…

Uiterlijk

De TT met de RennSport-badge onderscheidt zich uiterlijk duidelijk van zijn standaard broertje en van de TT-S. De voorbumper met grote luchthappers, de alugrijze spiegels, de speciale voorgrille, de achterbumper met diffusor en dubbele ovalen uitlaat en de brede dorpels laten geen enkele twijfel over het beest dat onder de motorkap schuilt. Ook een achterspoiler is aanwezig om voor de nodige downforce te zorgen bij hoge snelheden. Wie zich echter stoort aan het uitzicht ervan, kan een kleinere, inklapbare variant bestellen. Binnenin is het geheel echter een pak soberder: een zwarte dakhemel krijg je als standaard uitrusting samen met wat RS logo’s, maar wil je bijvoorbeeld de Recaro kuipen (een must bij deze wagen volgens ons), dan dien je alweer wat extra euro’s uit je portemonnee te halen bij bestelling. Spijtig dus dat Audi niet wat extra aandacht schonk aan het opluisteren van het interieur, want voor een RS-versie had dit wel gemogen…

Kippenvel…

Bij het omdraaien van de sleutel komt een zalige, diepe brom mij tegemoet, die nog eens versterkt wordt door de echo van het ondergrondse parkingcomplex waar de wagen zich bevindt. Het eerste kippenvelmoment van vele is een feit. Wie bovendien de S-knop naast de versnellingspook meteen indrukt bij vertrek, verzekert zich van nog meer momentjes waarbij het haar op je armen overeind gaat staan. Door die knop wordt immers een klep in de uitlaat permanent geopend, waardoor de wagen nog iets bruter gaat klinken. We kunnen u in enkele regels het fantastische motorgeluid trachten te omschrijven, maar in plaats daarvan geven we u de goede raad om even bij Youtube de zoekwoorden “audi tt rs engine sound” in te tikken. Zo zult u meteen perfect weten wat wij bedoelen.

Rijgedrag

Eenmaal we de wagen aan de tand voelen, krijgen we in de eerste plaats een gevoel van veiligheid. De Quattro aandrijving zorgt met het ESP ingeschakeld voor een rijgedrag waarbij je zelfs geen seconde hoeft te overwegen om even te gekscheren in de bochten. De TT RS zouden we zelfs durven omschrijven als de ideale rijschool om met een superwagen te leren omgaan. Gradueel kun je dan de sportstand inschakelen, waarbij de veiligheidssystemen al iets meer toelaten, om dan te evolueren naar de setting waarbij je het ESP bedankt voor bewezen diensten en je een pak fun kunt beleven. Op een droog wegdek reageert de wagen in dat geval onderstuurd, terwijl in de regen net het omgekeerde plaatsvindt en je met wat stuurmanskunsten de wagen in een heerlijke powerslide kunt krijgen. De brede koppelcurve zorgt ervoor dat de wagen in elk toerental kan genieten van een stevige boost in de rug, wat de wagen als dagelijkse auto uiteraard heel geschikt maakt. Verder reageert het stuur bijzonder scherp op de gekregen impulsen en kwijten de ruim bemeten en geperforeerde remmen zich uitstekend van hun taak. Wel stond de wagen met de optionele 19 inch velgen bijzonder hard afgeveerd. Aangezien wij van hothatch.be enkel strak afgeveerde wagens voor de kiezen krijgen, storen wij ons daar niet meer aan, maar we kunnen wel veronderstellen dat sommige kopers van deze wagen dat wel zullen doen. Voor hen raden we dan ook de 18 inch velgen aan in combinatie met het Magnetic Ride systeem.

Prijs

Prijskaartje van al dit lekkers? Standaard kost de wagen 57.000 EUR en net daar zit voor ons het grootste probleem. Dat Audi zijn basismodellen voorziet van een gigantische optielijst om de basisprijs ervan te kunnen drukken, daar nog aan toe. Maar dat zelfs een metaalkleur bij een wagen uit het RS-gamma nog als optie dient aangevinkt te worden, dat vinden wij er nu net iets over. Op onze testwagen zat er ook o.a. nog navigatie, elektrische zetels, 19 inch velgen en een optionele sportuitlaat waardoor het prijskaartje al op een slordige 70 mille uitkwam. Nog een geluk voor Audi dat de concurrentie hier bitter weinig tegenover stelt. De BMW Z4 35i haalt niet dezelfde prestaties en de Porsche Cayman S is een stuk duurder voor een vergelijkbaar sportief karakter. Daarmee positioneert Audi zich met zijn TT RS ideaal in de markt van de krachtige sportcoupés die net onder de categorie ‘superwagens’ liggen. Maar wat ons nog het meeste verheugt, is dat de fabrikant uit Ingolstadt na al die jaren weer doet waar ze goed in zijn: het maken van vijfcilinder benzinemotoren met turbo’s.